De kracht van kunst en reizen

Een markant onderdeel van Kunstwegen is de spoorlijn Zwolle-Emmen. Op en rondom de Overijsselse stations van dit traject zijn elf kunstwerken te vinden. Ze maken van elke stop een ervaring op zich, die bovendien aanspoort tot denken.

Maar voel je vooral niet verplicht, wat kunstenaar Lawrence Weiner betreft. Taal is zijn materiaal. Hij boetseert er teksten mee die je gedachten en je kijk op de wereld even een andere kant uit sturen.  Soms zijn ze raadselachtig. Zoals de woorden Wegvloeien, met of zonder, op de zijgevel van het stationsgebouw in Mariënberg. Je mag er van alles in lezen, maar het hoeft niet. Het laatste wat Weiner wil, maakte hij  in 2013 in een interview met NRC Handelsblad duidelijk, is mensen vermoeien met moeilijke betekenissen. In dat jaar had hij nog een grote solo-tentoonstelling in het Stedelijk Museum in Amsterdam, waar hij al decennia kind aan huis is. Het museum heeft zo’n tachtig werken van hem in de collectie.

Een vriendelijke aansporing
Weiner geldt als een van de grondleggers van de conceptuele kunst, waarin het idee belangrijker is dan vorm of materiaal. Zelf moet de Amerikaanse kunstenaar van dat etiket niks hebben. Feit is dat het effect van zijn werk in Mariënberg niet wordt veroorzaakt door hoe het eruit ziet. Er is niks spectaculairs aan de letters, geverfd op een kunststof plaat. Maar op deze plek ga je de woorden vanzelf verbinden met de ervaring van het reizen. Je krijgt een vriendelijke aansporing om stil te staan bij het fenomeen passeren. Onderweg zijn is ook vervloeien. Welk beeld blijft hangen, welk vervaagt?
Kijkspel in wachtruimte
Zo zijn er meer kunstenaars van naam en faam die langs deze spoorlijn de thematiek van het reizen belichten en de ervaring van het onderweg zijn tastbaar maken. Nan Hoover, die het wachten in het station van Hardenberg tot een kijkspel maakt met twee verlichte L-vormige zitbanken. Rien Monshouwer, wiens Huis van reizen op een zijspoor in Ommen laat zien dat er zonder thuis geen reis is.
 
Stationskunst als nergens anders
Die conceptuele benadering als rode draad is bijzonder, want in de jaren tachtig en negentig lag het accent in de stationsomgeving veel meer op monumentale kunst, en op kunst die deel uitmaakte van de architectuur. Hoe kwam het werk van kunstenaars met toen al een grote reputatie hier in die tijd terecht? Bij de karakteristieke maar toch niet erg kosmopolitische stations van Zwolle, Dalfsen, Ommen, Mariënberg, Hardenberg en Gramsbergen?
Dat was te danken aan het project Kunstlijn, waarvoor de Nederlandse Spoorwegen als ‘nationale trots’ en de kleine maar dappere stichting Beeldenroute Overijssel de handen ineensloegen. Aanleiding was de viering van het 150-jarig bestaan van de spoorwegen in 1989. In 2000 is Kunstlijn onderdeel geworden van Kunstwegen.
Met dank aan Evelien de Munck Mortier.
 
De kunst en kunstenaars van Kunstlijn:
 
 

Smullen van stationsromantiek

Stationsrestauraties, waar vind je ze nog? Langs de spoorlijn van Zwolle naar Emmen komen reizigers met heimwee naar die klassieke pleisterplaatsen aan hun trekken. In Dalfsen, Ommen en Mariënberg heeft de vroegere stationsrestauratie nog altijd een horecabestemming. Aangenaam verpozen bij een hapje en een drankje, met uitzicht op de perrons, is hier verzekerd. In Ommen word je ook nog omringd door de behangkunst van Joseph Kosuth. Bovendien zijn de monumentale stationsgebouwen, in de stijl van de late jugendstil ontworpen door architect Eduard Cuypers, een bezienswaardigheid op zich. Kunst, stationsromantiek en culinaire genoegens komen zo samen.         
 
 

Ook leuk om te lezen